A B C D F G H I J K L M N O P R S T U V W Z

Afkomst

Stamboom van het paard. Dit wordt bijgehouden in het stamboek.

Afstand

Ruimte die de mededingers van elkaar scheidt bij de aankomst. De meeteenheden zijn: lengte, hals, hoofd en neus.

Afstandshandicap

In de drafrennen is de enige manier om de kansen tussen mededingers evenwichtig te maken de beste deelnemers een langere afstand te laten afleggen dan hun rivalen.

Amateur

Niet-professionele ruiter die mag deelnemen aan amateurrennen.

Behendig

Wordt gezegd van een draver die in enkele seconden op draf kan overgaan wanneer hij in galop is.

Box

Deel van de stallen waarin het paard woont.

Cach-driver

Jockey die gevraagd wordt de partner te zijn van een paard dat niet door hem getraind wordt.  Een catch-driver traint in het algemeen geen paarden en probeert zoveel mogelijk koersen te rijden. Het is een geboren jockey waarvan de kwaliteiten erkend worden.

Commissaris

Persoon die verantwoordelijk is voor het regelmatige verloop van de rennen en voor de toepassing van de reglementen van de rennen.  Hij kan een onderzoek openen bij de aankomst om het verloop van de koers opnieuw te bekijken, kan alle jockeys ondervragen en zich op die manier uitspreken over een of meerdere gebeurtenissen van de […]

Dead-heat

Ex aequo. Wanneer het op de aankomstfoto niet duidelijk is welk van twee (of meer) paarden het eerste was, worden zij “dead heat” verklaard.

Diskwalificatie

Wanneer een draver galoppeert of in een andere gang loopt dan de gewone draf, wordt hij gediskwalificeerd voor onregelmatige gangen door de scheidsrechters. D.A.I. (Disqualifié pour Allures Irrégulières) [Gediskwalificeerd voor onregelmatige gangen]: verwijst naar een paard dat gediskwalificeerd werd door de scheidsrechters omwille van het gebruik van niet toegelaten gangen (galop, telgang, gebroken galop, gebroken […]